Over Het werkelijke cijfermateriaal van de Belgische begrotingen

Het werkelijke cijfermateriaal van de Belgische begrotingen

Lezing met projectie door Herman De Bode

Herman De Bode zal het hebben over het functioneren van onze huidige staatsstructuur. Het regeerakkoord is een goede stap in de juiste richting vooral wat ons economisch draagvlak betreft, maar het geeft ons slechts de mogelijkheid om een eerste aanzet te geven aan onze visie voor een toekomstige structuur tegen het einde van deze legislatuur. 

Waarom is dit eigenlijk dringend nodig? Omdat onze drie gewesten (Vlaanderen, Wallonië, Brussel) erg verschillend bijdragen aan onze welvaartscreatie, dit vooral door een erg verschillende werkzaamheidsgraad en ook door de samenstelling hiervan (privésector t.o.v. publieke sector).

Die grote verschillen tussen de regio’s in werkzaamheidsgraad leiden natuurlijk tot erg grote verschillen in de werkloosheid- en arbeidsongeschiktheidscijfers. Het recente regeerakkoord gaat hier wel wat aan veranderen door het invoeren van een beperktheid in de tijd.

Wat ons brengt naar het financiële plaatje van dit alles en dus ook naar de opbouw en (hopelijk ook) afbouw van onze schuld. Wanneer we dan kijken naar de gewone (zonder interestlasten) regionale tekorten en overschotten – het zgn. primair saldo – dan begrijpen we allen wel dat dit inderdaad “geen walk in the park” gaat worden (om het met de woorden van premier Bart De Wever te zeggen).

Wat is de mogelijke piste voorwaarts? Slechts één die realistisch is: een doorgedreven regionalisering met regio’s die verantwoordelijk worden voor hun inkomsten én uitgaven!